Skip to content

Boekbespreking: ‘Leven met een borderliner’

Leven met iemand die borderline heeft, is soms erg  moeilijk. Dat merken we hier bij de stichting aan de hoeveelheid vragen die partners, ouders, broers en zussen hebben over hoe om te gaan met de soms ernstige verschijnselen van BPS. Heel vaak leidt het ertoe dat onderwerpen of situaties angstvallig worden vermeden. Op eierschalen lopen inderdaad. En er is veel verdriet en onbegrip.

De eerste editie van het boek ‘Leven met een borderliner’ van psycholoog Paul Mason en tekstschrijver Randy Kreger, voor naasten van mensen met de borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS), verscheen in 1998. Inmiddels zijn er van het boek meer dan een miljoen exemplaren in vijftien talen verkocht en is recent de derde editie verschenen.

Dit boek wil handvatten geven over hoe je op een gezonde manier om kan gaan met de borderline van je dierbare. Allereerst door uit te leggen wat het is om borderline te hebben. Het begint met wederzijds begrip nietwaar. Verder nodigt het boek ook uit om het eigen gedrag onder de loep te nemen.
De herziene derde editie besteedt meer aandacht aan mannen en kinderen met BPS. Een apart hoofdstuk is gewijd aan de narcistische persoonlijkheidsstoornis (NPS). Volgens Mason en Kreger heeft recent onderzoek laten zien dat één op de vier borderliners ook NPS heeft. ‘Veel van deze mensen ontkennen dat ze de stoornis hebben en weigeren behandeling.’

Mason maakt op basis van interviews en praktijkgevallen onderscheid tussen ‘conventionele’ versus ‘onconventionele’ BPS. De eerste groep mensen herkennen zich in de diagnose en zijn in behandeling. ‘De tweede – veel grotere – groep denken dat ze geen problemen hebben’ stellen de auteurs, ‘maar projecteren al hun pijn op anderen en aanvaarden geen verantwoordelijkheid  voor hun handelen. Ze hebben een agressieve houding ten opzichte van therapie, ze houden vol dat de ongevoeligheid en kwetsbaarheid van anderen de kern van het probleem is.’ Deze mensen zijn niet suïcidaal, beschadigen zichzelf niet, zijn zelden officieel gediagnosticeerd en komen dus ook niet voor in wetenschappelijk onderzoek naar BPS.

Om de groep mensen die (vooralsnog) in ontkenning is over de aard van hun psychische problemen, als een aparte categorie te benoemen, lijkt een beetje arbitrair, en het stigma dat BPS nog steeds heeft speelt ongetwijfeld een rol. Ontkenning van BPS problematiek is verder vaak eerder onmacht dan onwil. Het boek beschrijft terecht dat er meerdere motieven zijn. ‘Stel je voor dat je vrijwel geen zelfgevoel hebt en bedenk dan hoe het is om toe te geven dat er met dat kleine beetje dat je nog hebt, iets mis is. Voor veel mensen met BPS betekent dat zoveel als ophouden te bestaan, en dat is angstaanjagend.’ Feit is dat de meest schrijnende situaties voor naasten ontstaan als de persoon die het betreft niet in wil zien dat er een probleem is en elke vorm van hulp afwijst.

Hoe je daar mee om moet gaan? ‘Je kunt je dierbare niet dwingen in behandeling te gaan’ stellen de auteurs. ‘Het goede nieuws? Je hebt recht op al je eigen opvattingen, gedachten en gevoelens. Het slechte nieuws? De ander heeft ook recht op zijn of haar eigen opvattingen, gedachten en gevoelens.’

Wat dan wel? ‘Wanneer je het idee loslaat dat je iemand moet of kan veranderen kun je doen wat werkelijk het jouwe is: jezelf veranderen, aldus Mason en Kreger. ‘Zie jezelf als een vuurtoren. Je leidt schepen veilig naar de haven. Je stapt niet het water in om een schip bij het achtersteven te grijpen en te zeggen ‘luister eens domkop, als je deze koers blijft volgen sla je te pletter.’ En de voornaamste tip aan naasten? Zorg voor jezelf.

In een bijlage wordt een overzicht gegeven van hulpmiddelen en (Engelstalige) literatuur en podcasts. Ook wordt een aantal websites genoemd, zoals Stop Walking on Eggshells van Kreger, en een aantal Nederlandse en Belgische sites, waaronder die van de Stichting Zelfbeschadiging, het MIND platform en uiteraard die van de Stichting Borderline.

Het boek wordt uitgegeven door Uitgeverij Nieuwezijds te Amsterdam.